Dorpskerk

Zoek
Sluit dit zoekvak.
Vensterafbeelding Opknapbeurt

Opknapbeurt, nieuwe galerij en ‘een luchtje’

Termen als onderhoud, uitbreiding en luchtkwaliteit kwamen dikwijls ter sprake aan de vergadertafel van Kerkvoogden en Notabelen. Het dorp groeit hard en daardoor ook het aantal gemeenteleden.

1100

1200

1300

1400

1500

1600

1700

1800

1900

Nu

In dit venster

In dit venster stippen we drie zaken aan. In 1906 is het tijd geworden voor groot onderhoud. In 1908 wordt, vanwege ruimtegebrek, een gaanderij gerealiseerd in het noordelijk transept van 1848. Een jaar later, in 1909, staat de luchtkwaliteit in de kerk ineens bovenaan de agenda. En elk agendapunt wordt, vroeg of laat, een actiepunt.

Opgeknapt staat netjes

In het jaar 1906 wordt het interieur flink opgeknapt. De Kamper Courant schrijft er enigszins lyrisch het volgende over: ‘Volgens de plannen en teekeningen van den bouwkundige J. Rietman te IJselmuiden en onder diens opzicht hebben kerkvoogden en notabelen der Hervormde gemeente van IJselmuiden en Grafhorst de dorpskerk inwendig geheel laten restaureeren. Dit werk is, voor zoover het timmer- en metselwerk betreft uitgevoerd door den aannemer Rietman, het schilderen door den Schilder Steller te Kampen. De nieuwe kerkstoelen zijn door de meubelmaker Souwer geleverd, terwijl de behanger Bouhuijs-firma wed. L. Neuring voor nieuwe gordijnen zorgde. Wie het kerkje in zijn oud gewaad gekend heef, zou het bijna in zijn nieuwe Zondagschkleed niet weder herkennen. Het kerkje ziet er dan ook zoo vriendelijk en gezellig uit, dat de IJselmuider en de  Grafhorsters die het kerkgang nog niet verleerd hebben, nu wel in geen enkele godsdiensoefening zullen ontbreken…….’ 

In de financiële administratie zien we dat in 1906 een lening is aangegaan van 1000 gulden en onder andere ongeveer 1540 gulden is uitgegeven aan:

  • zeven nieuwe lampen in de kerk;
  • reparatie koperen waterstoof, kanselbijbel, kerkstoelen, collectebussen, doopkannetje enz.;
  • vloertegels;
  • levering kerkstoelen;
  • Brüggemann stukadoorswerk en Steller schilderwerk;
  • flinke bedragen t.b.v. het schoonmaken der kerk door koster Felix én zelfs door twee vrouwen die zes dagen hebben gewerkt.

 

De preekstoel die nu prachtig in de boenwas is gezet, is volgens overlevering in de Franse tijd wit met blauw geschilderd geweest, vanwege de heffing van belasting op eikenhouten meubelen. Bij deze opknapbeurt is de kansel van deze verflagen ontdaan, volgens een opschrift op de achterzijde van de voet van preekstoel, door de Kamper schilder H.J. Steller.

In het archief van de kerk komen we twee tekeningen tegen van aannemer Rietman, gedateerd van 1906. Hij maakt het ontwerp van een nieuwe bank tegen de zijkant (noordzijde) en achterkant van het koor en van twee banken voor de diakenen en de ouderlingen. Op de foto van het (open) koor zien we dat deze bank in een iets andere vorm is aangebracht. Helaas moeten deze banken bij de uitbreiding en verbouw van 1912 al weer verwijderd worden.

Een nieuwe galerij

Eigenlijk blijkt de kerk alweer te klein. Bijna zestig jaar is het geleden dat de kerk flink is uitgebreid met het noordelijk transept. De bevolking van IJsselmuiden groeit echter harder dan ooit tevoren. De kerkvoogden besluiten een galerij in de kerk te laten maken. In de Kamper Courant lezen we, kort hierna, het volgende mooie bericht: ‘De zitplaatsen in de Hervormde kerk te IJselmuiden hebben dit jaar p.m. f 2900,- opgebracht, zijnde f 900,- meer dan in het vorige jaar, toen er een vacature was. De nieuw alhier gebouwde galerij telt 120 zitplaatsen; deze galerij heeft voor één jaar aan zitplaatsen f 1000,- opgebracht terwijl de aanbouw f 700,- kostte.’ 

Dat is nog eens handel! Hieruit blijkt trouwens ook wel, dat de extra zitplaatsen echt nodig zijn. Voor even is er weer wat lucht. Nou ja, lucht? Hoewel in de zomer van 1907 de galerij is gereed gekomen, lezen we in de kerkenraadsnotulen van 21 februari 1908: ‘Gesproken wordt over de toestand van het kerkgebouw. De één meent met luchtkokers, de ander met een kruiskerk ervan te maken of een halve maan, een derde met vernieuwing en vergroting de oplossing der bezwaren te hebben gevonden’.

Ook de 120 extra zitplaatsen zijn dus niet lang afdoende geweest. En gezien de opmerking over luchtkokers is niet alleen de ruimte beperkt, maar is ook het fris houden van de lucht in de kerk een probleem. Hoewel er nu zo’n 500 zitplaatsen in de kerk zijn, moet koster Felix de kerkgangers iedere zondag manen nog iets in te schikken.

Ruim 1500 IJsselmuidenaren (van de ongeveer 2500 inwoners) worden gerekend bij de schare der hervormden. Dat zijn echter nog 1000 zielen méér dan dat Felix er zondags ‘over de vloer’ heeft! Wat is de kerkgang in dát licht bezien eigenlijk mager, als we ons realiseren dat slechts 1/3 van de hervormden daadwerkelijk de kerkdiensten in de dorpskerk bezoekt. Een klein aantal zal de Vereniging van Vrijzinnig Hervormden te Kampen bezoeken, een ander deel kerkt wellicht bij de Gereformeerde Gemeente te Kampen of bij dominee Johannes de Vries van de Oud Gereformeerde Gemeente te Grafhorst. Maar al met al is de groep ‘thuisblijvers’ helaas het grootst.

Wat is er aan de hand met 'de lucht' ?

Klachten en geruchten aangaande onfrisse toestanden in de kerk, flauwvallende en brakende kerkgangers en volgepropte kerkbanken bereiken op een gegeven moment de Gezondheidscommissie (deze commissie is een resultaat van de Gezondheidswet van 1901 / een voorloper van de huidige GGD).

De Inspecteur van de Gezondheidscommissie, de in IJsselmuiden wonende dr. G.A. van Geijtenbeek (tandarts te IJsselmuiden, wonend in villa Stadwijk aan de Nieuweweg) moest er aan te pas komen. Hij stelt een onderzoek in en rapporteert o.m. het volgende:

Naar aanleiding van de lopende geruchten, dat er in de Nederlands Hervormde Kerk te IJsselmuiden, telkens tijdens de godsdienstoefeningen personen, meest vrouwen en kinderen, ongesteld werden en door benauwdheid zich moesten verwijderen en thuis komende, zich dan terstond te bed moesten begeven, heeft het lid der Gezondheidscommissie, […] de eer het volgende te rapporteren:

  • dat het kerkgebouw met zijn prachtige antieke preekstoel en zijn sierlijk wit geschilderd orgel er inwendig netjes en zindelijk uitziet en op iedere bezoeker een hoogst aangename indruk maakt;
  • dat ruim een jaar geleden de kerk van binnen opnieuw geschilderd en gerestaureerd is;
  • dat het gebouw bedorven is – ook uit een architectonisch oogpunt – door de later aangebrachte galerij, die wel ruimte aanbiedt voor tal van personen, maar waardoor de kerk hygiënisch veel verminderd is, vooral voor de zitplaatsen, onder die galerij gelegen;
  • dat de inhoudsruimte 1740 m³ bedraagt en de kerk ’s voormiddags door ± 500 personen bezocht wordt, waaruit blijkt dat er 3½ m³ ongeveer ruimte per persoon aanwezig is;
  • dat uit deze cijfers voldoende blijkt, dat wanneer alle zitplaatsen bezet zijn, de ruimte per persoon veel te gering is;
  • dat het koolzuurgehalte der lucht spoedig veel te groot zal zijn;
  • dat hierbij nog komt de vergiftigde kooloxyde of kolendamp van de massa stoven gedurende de wintermaanden;
  • dat de ventilatie van het gebouw veel te wensen overlaat en hoogst gebrekkig is;
  • dat het gebouw om bovengenoemde redenen zeer ongezond zal zijn en dat het voor de hand ligt, dat personen met een zwak lichaamsgestel, en daaronder behoren in de eerste plaats kinderen, niet lang zonder gevaar voor hun gezondheid, in deze verderfelijke atmosfeer kunnen verkeren.

Naar aanleiding van bovenstaande gegevens meent ondergetekende het volgende in overweging te mogen geven: 1e. het aanbrengen van een doelmatige ventilatie […]; 2e. dat het gebruik van waterstoven voorgeschreven worde; [….]; 3e. de godsdienstoefeningen – vooral gedurende de wintermaanden – zoveel mogelijk te bekorten; […] om zodoende tussen deze godsdienstoefeningen tijd te krijgen voor het openzetten van deuren en ramen, teneinde de bedorven en ongezonde lucht van de voormiddag te verwijderen en te vervangen door gezonde, frisse en verkwikkende buitenlucht.

Opdat iedereen op de hoogte is, bericht de krant van donderdag 11 maart 1909 het volgende:

In het verslag van de te Wijhe gevestigde Gezondheidscommissie vinden wij o.a. onder het vijfde hoofdstuk met een uitvoerige bijlage aan het slot, vermeld den toestand in het kerkgebouw der Ned. Herv. Gemeente te IJselmuiden. Door de groote opkomst des Zondags, was feitelijk het gebouw te klein en trok het de opmerkzaamheid, dat vele bezoekers of bezoeksters aan het einde der preek flauw vielen, welke flauwten gepaard gingen met brakingen. De Commissie, hierop gewezen, stelde een onderzoek in wat ter verbetering gedaan kon worden. Een uitvoerig rapport werd te dier zake ingediend. Naar aanleiding hiervan werd aan het kerkbestuur geadviseerd om, gedachtig aan de kleine ruimte:

  1. De godsdienstoefeningen te bekorten;
  2. De ventilatie te verbeteren;
  3. Alleen te stoken vóór en niet gedurende de godsdienstoefening;
  4. Het gebruik van warme stoven met kolen of briketten zooveel mogelijk te beperken.

Als één van de acties op dit rapport zullen er wel luchtkokers op de kerk zijn geplaatst. Over deze plaatsing lezen we niets, maar een jaar later (10 mei 1910) besluit men als proef een tochtscherm aan te brengen onder de luchtkoker boven de galerij vanwege hinderlijke tocht in de kerk. Hoogstwaarschijnlijk is het verbouwen van de kerk makkelijker dan de predikant zover te krijgen dat hij zijn preken gaat inkorten. Diensten van ruim twee uur zijn en blijven eerder regel dan uitzondering.

Het wordt zaak voor het College van Kerkvoogden en Notabalen om, in overleg met de Kerkenraad, met voorstellen te komen tot een radicale verbetering van de toestand. We zijn toegekomen aan het hoofdstuk over de uitbreiding van 1912…